top of page

Steph

Steph - Papa, ik lijk steeds minder op jou
 
Vaderdag … een dag waar vaders zich iets harder op de borst mogen kloppen. Voor mezelf is het elk jaar een dag die het hoofd en hart minder doet rijmen. Een halte die me doet terugblikken, maar ook vooruit doet kijken in de hoop ik ooit niet meer moet missen.
 
In een lang vervlogen tijd leek het simpel(er), een tijd waar de meeste kinderen konden opgroeien in het basismodel van een gezin waarbij hun ouders zowel de sociale als biologische status bezitten. Vandaag kan je het niet gek genoeg bedenken welk bochtenwerk er wordt geleverd om de wetten der natuur te omzeilen om kost wat kost elke individuele kinderwens alsnog te kunnen invullen.
 
Ikzelf ben het resultaat van het eerste zijspoor dat werd gecreëerd toen wanhopige hetero-koppels aanklopten bij een fertiliteitsarts. Mijn vader bleek onvruchtbaar. Het verlangen van mijn moeder was heel groot. De arts legde hen een papieren profiel van een spermadonor voor – zogezegd de fysieke gelijke van mijn vader – en niet veel later werd zijn zaad in de schoot van mijn moeder gespoten.
 
In gedachten hoor ik mijn sociale vader ‘het mochten gerust er wat minder zijn’ denken, wanneer de gynaecoloog de derde baby uit de buik van mijn moeder haalde. Hijzelf was niet echt happig om vader te worden. Er zijn een aantal zaken uit mijn jeugd dat ik me scherp kan herinneren. De boodschap: “ik wou eigenlijk geen kinderen” en “ik vond jullie schattig als jullie baby waren, maar vanaf het moment dat jullie konden kruipen moest ik jullie niet meer hebben” zijn uitspraken waar ik, als mijn broers en zus, mee zijn opgegroeid. Voor sommige kan dit misschien hard overkomen, voor anderen dan weer herkenbaar. Voor ons was een realiteit die een zekere neutraliteit teweegbracht. Het was wat het was: hard maar wel eerlijk.
 
Hij was een afwezige vader, iemand die hard werkte en vaak pas thuis was als wij al in bed lagen. Vaak leek hij onbereikbaar en afstandelijk. Maar het weerhield ons niet om keer op keer zijn liefde na te jagen. Want als kind wil je vooral dat er van je gehouden wordt. Liefde van je ouder(s) is een belangrijk bestanddeel in de potgrond die eenieder nodig heeft om als mens volwaardig te kunnen (op)groeien.
 
Eén van de momenten die ik uitdraag als teken van liefde voor hem, waren die keren dat we samen op ski-reis gingen. In aanloop van de lange autorit, zat ik thuis urenlang voor de stereo-keten in de hoek van living cassetjes samen te stellen met zijn favoriete muziek die ik van zijn langspeelplaten haalde. Ik kan me nog het kinderlijk enthousiasme voor de geest halen dat ik had als ik een van die cassetjes instak, de eerste noten weerklonken en ik hoopte dat de herkenning van zijn muziek enige vaderlijke appreciatie zou opwekken. Zodat een moment ons moment zou worden.
 
Een tiental jaren later zou ik hem een CD en cassette cadeau doen, refererend naar die momenten van toen. Hij liet me achteraf weten dat hij niet echt snapte wat de bedoeling was …
 
Die laatste zin vat onze relatie eigenlijk samen: ouderschap was vreemd voor hem, de liefde niet wederzijds noch onvoorwaardelijk. Hoe ouder ik werd, hoe groter de afstand en desinteresse van zijn kant. Het verschil tussen ons tweeën werd steeds meer duidelijker. Toen het ‘geheim’ werd onthuld – dat mijn vader mijn biologische vader niet was – viel er een last van mijn schouders. Het gaf een antwoord dat ik jaren bij mezelf had gezocht. Ik had voor mezelf aangenomen dat hij niet van me kon houden omdat ik te min was. Niet slim, niet mooi, niet gevat genoeg om dochterwaardig te zijn.
 
Toen de waarheid eindelijk boven kwam drijven wist ik dat het niet aan mij (ons) lag. Het lag aan het feit dat het biologisch niet afstammen voor hem een te onoverbrugbaar gegeven was. Voor hem waren we een constante herinnering aan zijn onvruchtbaarheid. In ons laatste gesprek gaf ik hem aan dat hij voor me in mijn hart altijd mijn vader zou zijn en blijven: de man die me had grootgebracht en die ik in mijn leven wou houden. Hij gaf te kennen dat het voor hem niet meer hoefde, en maakte zich los van de kettingen die hem 25 jaar lang aan kinderen had vastgebonden dat hij nooit had willen hebben.
 
En ook al deed zijn keuze pijn en begrijp ik tot op heden niet hoe een vader zijn kinderen de rug kan toekeren, het schonk me de wijsheid, vrijheid en maturiteit om zelf het ouderschap op een volledige andere manier in te vullen.
 
Maar niet alleen mijn sociale vader speelt me parten op deze dag. Zoals elk kind dat niet opgroeit bij diens biologische ouders, denk ik vandaag ook aan de grote onbekende in mijn leven. De man die de helft van mijn wezen bepaalde de dag dat hij besloot een spermastaal af te staan. Ik vraag me ook af of hij vandaag aan mij en zijn andere donorkinderen denkt. Of hij zich afvraagt hoe wie we zijn, en of we misschien ook aan hem denken.
 
Want beste donor, donor-vader, biologische vader, vreemde man, vandaag denk ik ook aan jou. En hoop ik je op een dag echt te kunnen benoemen zonder te moeten graaien in de hoed der ongemakkelijke termen. Want je bent meer dan een zwart gat in mijn bestaan. En ik ben meer dan een vermoeden.
bottom of page