53 kinderen bij 37 gezinnen verwekt

Laatste update 8 juni 2025

Version français en bas

INFORMATIEPUNT - POINT D'INFORMATION

In België alvast 55 donorkinderen, waarvan 2 miskramen, bij 39 gezinnen verwekt tussen 2007-2017 met sperma donor met kankerverwekkende genmutatie

Begin juni maakte minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke bekend dat 55 donorkinderen bij 39 gezinnen in België werden verwekt met het sperma van een donor uit de European Sperm Bank (ESB). Er waren 2 miskramen, wat maakt dat het huidige aantal mensen die met het sperma in België verwekt werd op 53 staat.

De kinderen werden verwekt tussen 2007-2017 en geboren tussen 2008 en 2017. De afgelopen dagen werd er gecommuniceerd vanuit het kabinet van de minister van Volksgezondheid. Dit is de informatie die we ondertussen weten, doch blijven heel wat vragen onbeantwoord. Deze pagina zal regelmatig aangevuld worden.

Het blijkt nu ook dat minstens bij 22 andere donoren die in 2022 werden gebruikt, dat daar het maximum aantal gezinnen per donor werd overschreden. Sommige centra overschreden zelf het nationale quotum.

Samenvatting: Donor met kankerverwekkende genmutatie (TP53)

Donor: Spermadonor van European Sperm Bank (ESB), drager van een zeldzame kankerverwekkende genmutatie: het TP53-gen.
Risico's:

100% kans op kanker bij vrouwelijke dragers.
70–80% kans bij mannelijke dragers.
Genmutatie is autosomaal dominant: elke nakomeling heeft 50% kans de mutatie te erven.

Belangrijkste cijfers (update 4 juni 2025)

55 verwekkingen met het sperma van deze donor in België.
- 2 miskramen, dus 53 levende kinderen.
Tijdspanne: Kinderen verwekt tussen 2007–2017, geboren tussen 2008–2017.
Aantal betrokken vrouwen: 39
- Woonplaatsen moeders:
  - België: 14
  - Frankrijk: 17
  - Nederland: 2
  - Duitsland: 1
  - Italië: 1
  - Zuid-Amerika: 1
  - 1 miskraam zonder land
  - 2 nog niet aan een land toegekend

Internationale spreiding

Landen waar kinderen werden verwekt volgens spermabank (ESB):
- België, Bulgarije, Cyprus, Duitsland, Spanje, Hongarije, Ierland, Griekenland, Nederland, Polen
Bekende landen van wensouders uit Frans onderzoek:
- België, Denemarken, Zweden, Duitsland, VK, Spanje, Griekenland

Fertilititeitscentra en overheid

14 fertiliteitscentra in België gebruikten het sperma.
- In 12 daarvan zijn effectief kinderen verwekt.
De Belgische overheid is nalatig geweest in de uitvoering van de eigen regelgeving (sinds 2007 van kracht).
In België mogen maximaal 6 vrouwen zwanger worden van éénzelfde donor.
FAGG (Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten) meldde 2 centra aan bij het parket.
Minister van Volksgezondheid weigert de namen van de betrokken centra openbaar te maken.

Lijst centra waar kinderen werden verwekt (volgens centra en ouders)

UZ Brussel (UZB)
Ziekenhuis Zuid Limburg (ZOL)
Jessa Ziekenhuis (Hasselt)
AZ Sint-Lucas (Gent)
UZ Gent (Gent)
CHR de Namur (Namen)

Lijst centra waar geen kinderen werden verwekt (volgens ouders op basis info centra)

AZ Jan Palfijn (Gent)
CHU Saint-Pierre (Brussel)

Wat kan je als donorkind doen?

Contact met andere donorkinderen kan helpen. Heb je behoefte aan lotgenotencontact, dan kan je in onze geheime facebookgroep toetreden. Aanmelden kan via deze link.
Registreer je in één of meerdere internationale DNA-databanken (MyHeritage, Ancestry, Gedmatch, FamilytreeDNA). Meer informatie vind je hier. Registratie in een internationale DNA-databank laat je toe om je afstamming te kennen. Het stelt je ook mogelijk halfbroers- en zussen te vinden.
Je kan contact opnemen met het ziekenhuis waar je bent verwekt om na te gaan of je 1 van de donorkinderen uit die groep bent
Je doet er ook goed aan het ziekenhuis te bevragen om na te gaan of je met sperma uit een buitenlandse spermabank verwekt werd, zodat je je psychologisch voorbereiden op het grote aantal halfbroers- of zussen dat je eventueel wereldwijd kan hebben.
Ben je één van de donorkinderen verwekt met dit sperma dan kan je juridische stappen overwegen ten aanzien van de overheid, het ziekenhuis waar je bent verwekt en de spermabank.
Ben je verwekt met sperma of eicellen uit een buitenlandse spermabank dan heeft het totaal geen zin om je bij het Vlaams Afstammingscentrum te melden omdat je via hun DNA-databank je donorouder(s) noch halfbroers en -zussen kan vinden.

Wat kan je als ouder doen?

Licht je kind of kinderen in dat ze donorkind(eren) zijn. Het is belangrijk dat zij hiervan op de hoogte worden gesteld.
Neem contact op met het ziekenhuis waar je kind of kinderen werden verwekt en bevraag hen. Het beste zet je ook de ombudsdienst van het ziekenhuis in cc zodat zij mee antwoorden kunnen afdwingen. Je mag ons ook altijd in cc zetten (donorkinderen@gmail.com)
Ben je één van de ouders van een donorkind verwekt met dit sperma: juridische stappen zijn mogelijk zowel ten aanzien van de overheid, ziekenhuis, privé-praktijk en spermabank.
Ookal behoor je niet tot deze groep van ouders, het is belangrijk na te gaan of bij jou/jullie het sperma/eicel uit een buitenlandse sperma/eicelbank werd gebruikt zodat je jezelf en je kinderen kan voorbereiden op eventuele grote aantallen van halfbroers en -zussen. Dit kan je doen door:
- het ziekenhuis of privé-praktijk waar je kind of kinderen zijn verwekt hierover te bevragen;
- je kan ook het FAGG mailen via secretary.dgpost@fagg-afmps.be
- het kabinet van de minister van Volksgezondheid mailen via info@vandenbroucke.fed.be
- je mag ons altijd op de hoogte houden van hun reacties
Contact met andere ouders die ook donorkinderen hebben kan helpen. In België bestaat vzw Donorfamilies.

Wat kan je als donor doen?

Bevraag het ziekenhuis waar je ooit je sperma hebt gedoneerd.
Geef er aan (als je dit wenst) niet langer meer anoniem te willen zijn, zodat eventuele donorkinderen je via het centrum makkelijker kunnen vinden
Registreer je bij één of meerdere internationale DNA-databanken, zie deze link.
Is er bij jou na je donatie(s) een erfelijk aandoeningen vastgesteld waarvan het ziekenhuis of bank waar je doneerde nog niet op de hoogte werd gesteld?
- Gelieve het ziekenhuis en sperma/eicelbank op de hoogte te stellen
- Je kan dit ook rechtstreeks melden aan het FAGG: secretary.dgpost@fagg-afmps.be
- Je mag ons ook altijd op de hoogte houden van je contactnames mbt melding en opvolging door het ziekenhuis, arts en het FAGG
Je kan je ook aanmelden bij het Vlaams Afstammingscentrum. Let wel: hun DNA-databank is enkel nationaal en dus zeer beperkt

Openstaande vragen en bedenkingen

Hoeveel kinderen werden er wereldwijd met het sperma verwekt?
Werden alle ouders ondertussen wel degelijk verwittigd? Het kabinet gaf namelijk schriftelijk toe dat centra niet alle ouders konden bereiken wegens foute of geen contactgegevens?
Zijn er ook Belgische wensouders die in het buitenland een kind verwekt kregen met het sperma van deze donor?
Worden alle donorkinderen zelf geïnformeerd?
Worden er schadevergoedingen/compensaties voorzien voor getroffen ouders en donorkinderen?
Welke centra zijn betrokken?
Wat met centra en artsen die hun dossiers hebben vernietigd of aan slechte registratie deden?
Worden centra gesanctioneerd wanneer nalatigheid en overtredingen van het wettelijke kader vastgesteld worden?

Conclusie

Deze zaak legt ernstige tekortkomingen bloot in de controle en opvolging van spermadonaties in Europa. Het feit dat een donor met een ernstige genetische aandoening gedurende 10 jaar zonder adequate screening is ingezet, vormt een gevaar voor de volksgezondheid en wijst op falend beleid en toezicht.

-----------------------------------------------

En Belgique, déjà 55 enfants issus de dons – dont 2 fausses couches – conçus dans 39 familles entre 2007 et 2017 avec le sperme d’un donneur porteur d’une mutation génétique cancérigène

Début juin, le ministre de la Santé publique, Frank Vandenbroucke, a annoncé que 55 enfants issus de dons avaient été conçus dans 39 familles en Belgique avec le sperme d’un donneur de la European Sperm Bank (ESB). Deux fausses couches ont été recensées, ce qui porte actuellement à 53 le nombre d’enfants effectivement nés en Belgique de ce donneur.

Les enfants ont été conçus entre 2007 et 2017, et sont nés entre 2008 et 2017. Ces derniers jours, des informations ont été communiquées par le cabinet du ministre de la Santé publique. Voici ce que nous savons à ce jour, bien que de nombreuses questions restent encore sans réponse. Cette page sera régulièrement mise à jour.

Il apparaît également qu’au moins 22 autres donneurs utilisés en 2022 ont dépassé le nombre maximum de familles autorisé par donneur. Certains centres ont même dépassé le quota national.

Résumé : Donneur porteur d’une mutation génétique cancérigène (gène TP53)

Donneur : Donneur de sperme de l’European Sperm Bank (ESB), porteur d’une mutation génétique rare et cancérigène : le gène TP53.
Risques :
- 100 % de risque de développer un cancer chez les femmes porteuses.
- 70 à 80 % de risque chez les hommes porteurs.
La mutation est autosomique dominante : chaque enfant a 50 % de chances d’hériter de la mutation.

Chiffres clés (mise à jour du 4 juin 2025)

55 conceptions avec le sperme de ce donneur en Belgique.
- 2 fausses couches, donc 53 enfants vivants.
Période : conceptions entre 2007–2017, naissances entre 2008–2017.
- Nombre de femmes impliquées : 37
  Pays de résidence des mères :
  - Belgique : 14
  - France : 17
  - Pays-Bas : 2
  - Allemagne : 1
  - Italie : 1
  - Amérique du Sud : 1
  - 1 fausse couche (pays non précisé)
  - 2 pas encore attribués à un pays

Répartition internationale

Pays où des enfants ont été conçus selon la banque de sperme (ESB) :
- Belgique, Bulgarie, Chypre, Allemagne, Espagne, Hongrie, Irlande, Grèce, Pays-Bas, Pologne
Pays d’origine des parents d’intention selon une enquête française :
- Belgique, Danemark, Suède, Allemagne, Royaume-Uni, Espagne, Grèce

Centres de fertilité et responsabilités gouvernementales

14 centres de fertilité en Belgique ont utilisé ce sperme.
Dans 12 d’entre eux, des enfants ont effectivement été conçus.
Le gouvernement belge a failli à appliquer sa propre législation, en vigueur depuis 2007.
En Belgique, un même donneur ne peut pas engendrer des enfants dans plus de 6 familles.
L’AFMPS (Agence Fédérale des Médicaments et des Produits de Santé) a signalé 2 centres au parquet.
Le ministre de la Santé publique refuse de publier les noms des centres impliqués.

Centres où des enfants ont été conçus (selon les centres et les parents) :

UZ Brussel (UZB)
Ziekenhuis Oost-Limburg (ZOL)
Jessa Ziekenhuis (Hasselt)
AZ Sint-Lucas (Gand)
UZ Gent (Gand)
CHR de Namur (Namur)

Centres où aucun enfant n’a été conçu (selon les parents, sur base des informations des centres) :

AZ Jan Palfijn (Gand)
CHU Saint-Pierre (Bruxelles)

Que pouvez-vous faire en tant qu’enfant issu d’un don ?

Le contact avec d’autres personnes issus de dons peut être aidant. Si vous souhaitez échanger avec des personnes dans la même situation, vous pouvez rejoindre notre groupe Facebook privé. L’inscription se fait via ce lien.
Enregistrez-vous dans une ou plusieurs bases de données ADN internationales (MyHeritage, Ancestry, Gedmatch, FamilyTreeDNA). Plus d’infos ici. Ces bases permettent de connaître votre ascendance et de retrouver des demi-frères ou sœurs.
Contactez l’hôpital où vous avez été conçu pour vérifier si vous faites partie de ce groupe.
Il est également utile de demander à l’hôpital si vous avez été conçu avec du sperme d’une banque étrangère, afin de vous préparer psychologiquement à la possibilité d’avoir de nombreux demi-frères et sœurs à travers le monde.
Si vous êtes l’un des enfants conçus avec ce sperme, des démarches juridiques sont envisageables à l’encontre de l’État, de l’hôpital où vous êtes né, et de la banque de sperme.
Si vous êtes issu d’un don de sperme ou d’ovocytes provenant d’une banque étrangère, il est inutile de vous inscrire auprès du Centre flamand de la filiation, car leur base de données ADN est nationale et ne permettra pas d’identifier vos parents donneurs ni vos demi-frères/sœurs.

Que pouvez-vous faire en tant que parent ?

Informez votre ou vos enfants qu’ils sont issus d’un don. Il est essentiel qu’ils en soient conscients.
Contactez l’hôpital où votre ou vos enfants ont été conçus et interrogez-les. Il est conseillé de mettre le service de médiation de l’hôpital en copie de vos courriels pour exercer une pression supplémentaire. Vous pouvez également nous mettre en copie : [donorkinderen@gmail.com](mailto:donorkinderen@gmail.com)
Si vous êtes parent d’un enfant issu de ce don : des actions juridiques sont possibles à l’encontre de l’État, de l’hôpital, d’un cabinet privé ou de la banque de sperme.
Même si vous ne faites pas partie de ce groupe, vérifiez si le sperme ou les ovocytes utilisés proviennent d’une banque étrangère, pour vous préparer à la possibilité de nombreux demi-frères et sœurs.
Le contact avec d’autres parents d’enfants issus de dons peut également aider. En Belgique, il existe l’asbl Donorfamilies.

Que pouvez-vous faire en tant que donneur ?

Interrogez l’hôpital où vous avez fait don de votre sperme.
Si vous le souhaitez, indiquez que vous ne désirez plus rester anonyme, afin de permettre aux enfants issus du don de vous retrouver plus facilement via le centre.
Enregistrez-vous dans une ou plusieurs bases de données ADN internationales (voir lien).
Avez-vous appris après vos dons que vous êtes porteur d’une maladie génétique que l’hôpital ou la banque ne connaît pas encore
- Veuillez alors en informer l’hôpital et la banque de sperme ou d’ovocytes.
- Vous pouvez également le signaler directement à l’AFMPS via : [secretary.dgpost@fagg-afmps.be](mailto:secretary.dgpost@fagg-afmps.be)
- N’hésitez pas à nous informer de vos démarches et des réponses reçues de l’hôpital, des médecins ou de l’AFMPS.
Vous pouvez également vous inscrire au Centre flamand de la filiation. Attention : leur base ADN est nationale et donc très limitée.

Questions et préoccupations en suspens

Combien des personnes ont été conçues dans le monde avec ce sperme ?
Tous les parents ont-ils bien été informés ? Le ministre a reconnu que certains centres n’ont pas pu joindre toutes les familles.
Y a-t-il des parents d’intention belges ayant eu un enfant à l’étranger avec ce sperme ?
Tous les enfants issus du don seront-ils informés ?
Des indemnisations sont-elles prévues pour les parents et enfants concernés ?
Quels centres sont impliqués ?
Qu’en est-il des centres ou des médecins ayant détruit leurs dossiers ou pratiqué une mauvaise gestion des registres ?
Les centres seront-ils sanctionnés en cas de négligence ou d’infraction au cadre légal ?

Conclusion

Cette affaire révèle de graves lacunes dans le contrôle et le suivi des dons de sperme en Europe. Le fait qu’un donneur porteur d’une maladie génétique grave ait pu être utilisé pendant dix ans sans dépistage adéquat constitue un danger pour la santé publique et met en lumière une défaillance des politiques et de la surveillance en la matière.